Met het inzetten van zonne- en windenergie kan Nederland op termijn mogelijk de uitstoot van broeikasgassen terugbrengen tot nul. Foto: Shutterstock
In de Klimaatakkoorden hebben landen vastgelegd dat ze hun best gaan doen om de opwarming van de aarde te stoppen. Maar wat leveren die plannen werkelijk op? De Wageningse hoogleraar Niklas Höhne is initiatiefnemer van de Climate Action Tracker, die laat zien of overheden zich aan hun klimaatbeloftes houden. “Sommige landen hebben geen enkel plan voor de implementatie van maatregelen. Zeer verontrustend.”
Volgens het Klimaatakkoord van Parijs (2015) moet de gemiddelde mondiale temperatuurstijging behoorlijk onder (‘well below’) 2 graden Celsius blijven. Verder moeten de 190 deelnemende landen hun best doen om de stijging te beperken tot 1,5 graden Celsius. Daarvoor is nodig dat er netto geen uitstoot van broeikasgassen meer plaatsvindt in 2050.
Tijdens klimaatonderhandelingen, zoals tijdens de toppen in Parijs en Glasgow, presenteren landen hun plannen om de emissie van CO₂ en andere broeikasgassen te verminderen. Ze willen ontbossing tegengaan, de methaanuitstoot verminderen of stoppen met het gebruik van steenkool. Het lijkt er dan ook op dat er de komende tijd veel gaat gebeuren om het klimaat (en onszelf) te redden. Maar hoe weten we of al die activiteiten écht plaatsvinden en of ze voldoende zijn?
Verontrustend
Het NewClimate Institute in Berlijn doet daar onderzoek naar, samen met Climate Analytics (Berlijn) en het Potsdam Institute for Climate Impact Research. Dit consortium houdt alle inspanningen en intenties van landen tegen het licht en analyseert of ze voldoende bijdragen aan de internationale afspraken van Parijs en Glasgow. Hoogleraar Niklas Höhne – die een leerstoel heeft bij het Departement Omgevingswetenschappen in Wageningen en verbonden is aan het Wagenings Insituut voor Milieu en Klimaatstudies (WIMEK) – is oprichter van het NewClimate Instituut en initiatiefnemer van het consortium.
In de Climate Action Tracker is de status (d.d. 10 februari 2022) van landen zichtbaar die laat zien of de ingebrachte plannen voldoende zijn om de klimaatdoelen te halen. Illustratie: CAT
De afbeelding laat de hoeveel uitstoot van broeikasgassen zien en de verwachtingen voor de toekomst, gebaseerd op beloften en huidig beleid. Illustratie: CAT
Höhne vertelt dat er bij het vaststellen of een land op de goede weg is, veel complicaties zijn. “Er worden verschillende methodes gebruikt om de grootte van de uitstoot te bepalen. Ook is vaak niet duidelijk hoe de emissies zich zullen ontwikkelen tegen het licht van bevolkingsgroei, vergrijzing of toenemende welvaart. Verder is niet helder wat de voorstellen precies inhouden. Kortom, we lopen tegen talloze onzekerheden aan in de cijfers. Die cijfers gebruiken we voor een klimaatmodel dat ook nog de nodige onzekerheden kent. Maar zelfs zonder duidelijke cijfers kunnen we concluderen dat we nog heel ver af zijn van het halen van de doelstellingen van Parijs. Als we niets doen bereiken we aan het eind van deze eeuw een opwarming van naar schatting 2,4 graden Celsius. En sommige van de deelnemers hebben zelfs geen enkel plan voor de implementatie van maatregelen vóór 2030. Dat is zeer verontrustend.”
Greenwashing
Het resultaat van het onderzoek is te vinden via de website Climate Action Tracker. Daar is voor elk land in kaart gebracht of de plannen voldoende zijn om de klimaatdoelen te halen. Een blik op de tracker leert dat slechts enkele landen hun zaken enigszins op orde hebben: Costa Rica, Ethiopië, Kenia, Marokko, Nepal, Nigeria, Gambia en het Verenigd Koninkrijk. Maar grote uitstoters zoals Rusland en de Verenigde Staten scoren een dikke onvoldoende. Höhne denkt dat de Climate Action Tracker mensen en organisaties kan helpen om ‘hun’ overheid bij de les te houden. “Er is altijd de vraag of bedrijven en overheden het echt goed doen, of dat ze alleen maar bezig zijn met ‘de etalage’. Bedrijven willen graag een groen imago: ‘als je met onze luchtvaartmaatschappij vliegt, compenseer je de CO₂-uitstoot van de vlucht’. Voor dat imago doen ze flink hun best. Voor de consument is het vrijwel onmogelijk om te controleren of ze echt doen wat ze zeggen. Voor overheden geldt hetzelfde. Wij doen veel moeite om te controleren of landen hun ambities waarmaken. Met de informatie die we beschikbaar stellen via de Climate Action Tracker kunnen stemgerechtigde burgers en ngo’s de overheden vervolgens confronteren met hun inspanningen of het gebrek eraan.”
“
Als we niets doen, bereiken we al in 2030 een opwarming van naar schatting 2,4 graden Celsius
Er moet meer gebeuren om onder de gemiddelde mondiale temperatuurstijging van 2 graden te kunnen blijven. Foto: Shutterstock
Een volgende fase is het adviseren van overheden over de concrete maatregelen die ze kunnen nemen; de stappen die ze kunnen zetten om de emissie van broeikasgassen zo snel mogelijk te reduceren. Dat is per land verschillend. Höhne: “Voor Nederland is het superbelangrijk om in te zetten op zonne- en windenergie. Daarmee is het op termijn mogelijk om de uitstoot terug te brengen tot nul. Maar je moet voor de energietransitie wel een masterplan maken: dat wil zeggen dat je een uitgangspunt hebt, een situatie waar je naartoe werkt en een routekaart voor de weg ernaartoe. Je moet een compleet systeem ontwerpen. Als je gaat voor zonne- en windenergie, moet je ook een opslagsysteem hebben. Er zijn weinig landen die zo’n masterplan hebben, behalve het Verenigd Koninkrijk en Costa Rica, die een langetermijnplan volgen dat ze elke vijf jaar bijstellen. Wij hebben een format gemaakt voor zo’n plan, waarin ook is aangegeven hoe je dit met stakeholders kunt uitwerken.”
Zoveel onzekerheden
Soms brengen sceptici in dat er zoveel onzekerheden zijn rond de klimaatmodellen, dat het zinloos is om maatregelen te nemen. Höhne: “De les uit het verleden laat iets anders zien. We dachten in de jaren negentig van de vorige eeuw dat als we niets zouden doen om de emissie van broeikasgassen te stoppen, we tegen het einde van de 21e eeuw zouden uitkomen op een opwarming van 3 tot 4 graden Celsius. Inmiddels hebben we een scenario dat laat zien dat met alle maatregelen die sindsdien zijn geïmplementeerd, de opwarming stabiliseert rond de 2,7 graden. We zitten op dit moment al op 1,2 graden en dat geeft al een destabilisatie van het klimaat. Dus 2,7 graden is beter, maar alsnog rampzalig.” De conclusie blijft dat er niet genoeg gebeurt. Toch denkt Höhne dat we verder zijn dan twintig, dertig jaar geleden. “Ik ben al twintig jaar betrokken bij het klimaatonderzoek. In het begin werd het niet echt serieus genomen. Economische groei en fossiele brandstoffen gingen voor alles. Maar langzaamaan beginnen bedrijven in te zien dat niets doen geen optie meer is. Ze voelen een enorme druk van consumenten, van de overheid. Die druk werd eerder niet zo sterk gevoeld. Landen geven ineens aan dat ze hun broeikasgassen willen reduceren tot nul. Duitsland was een van de eerste landen met die uitspraak, waarna andere Europese landen volgden. Vervolgens kwamen de Verenigde Staten ermee en nu stelt ook China dat het in 2060 klimaatneutraal wil zijn. Dat is nieuw en positief. Deze doelstellingen moeten nog door concrete acties worden ondersteund, maar het laat zien dat we in de goede richting bewegen.”
Online
Lees meer over de Climate Action Tracker
Lees meer over het onderzoek van het Wagenings Instituut voor Milieu en Klimaatstudies (WIMEK)
Deel dit artikel